Dag 17: Engelen in je huis

Hebreeën 13:1-6

In Uganda moeten ze altijd erg lachen als ik de mop vertel over hoe ze op de naam ‘Lange Vingers’ gekomen zijn. Ik leg dan uit hoe gierig wij Nederlanders zijn en laat dan heel beeldend zien hoe de vrouw des huizes met het blikje koekjes rondgaat bij haar gasten. Ze gaat voor je staan en de deksel van het blikje gaat dan op een kier. Als je snel genoeg bent, dan ontvang je de beloning. Maar als je niet snel genoeg bent, dan heeft de gastvrouw lange vingers voor de volgende gasten.

Mijn Afrikaanse vrienden kunnen zich werkelijk niet voorstellen hoe je het voor elkaar kunt krijgen dat je, met al die overdaad die wij hebben, niet gul en gastvrij kunt zijn.

Wanneer wij naar Pallisa gaan, één van de armere gebieden van Uganda, worden we altijd ontzettend hartelijk en gastvrij ontvangen door onze lieve vriend pastor Simon. De afspraak die we altijd hebben is dat wij de vliegtickets betalen en dat zij alle kosten in het binnenland voor hun rekening nemen: vervoer, onderdak en eten.

Toen ik hem eens vroeg of hij daar geen grote zorgen over had, vertelde hij dat hij wel zorgen had, maar dat die van een hele andere orde waren. ‘Reverent Jan, mijn grootste probleem is niet om jullie eten te geven. Mijn grootste probleem is die grote groep mensen te managen die jullie zo graag zouden willen ontvangen.’

Hij legde me uit hoe goed het was voor een huis dat ze gasten aan tafel mogen ontvangen. Het is namelijk zo dat jij je huis netjes en opgeruimd wil hebben als ze komen. Dus des temeer gasten er komen, des te netter is het huis.

Daarnaast is het zo heerlijk om nieuwe mensen te ontmoeten en nieuwe verhalen te horen en samen te spreken over Jezus en ons te verwonderen over Zijn goedheid.

De eerste christenen waren Geest vervuld, er werd Gelezen in het woord, ze hadden alles Gemeenschappelijk en er werd samen Gegeten (en tijdens het breken van het brood dachten ze aan wat Jezus voor ze had gedaan).

Wanneer we onze gasten behandelen als engelen, dan ontstaat er een stukje hemel op aarde. Dus des temeer engelen je aan tafel ontvangt, des temeer hemel zal er op aarde zijn.

Hoe zou het voor ons zijn om eens wat minder vaak het bordje op schoot te hebben voor de televisie en onze tafel te openen voor anderen, misschien zelfs wel vreemden die arm of eenzaam zijn? Zou jouw adres daardoor ook niet een stukje hemel op aarde kunnen worden?

Beluister en bekijk het lied (of klik hier voor een Nederlandse versie) en vraag God om je opnieuw te raken voor dat wat Hem raakt: eenzaamheid, armoede, werkdruk, isolement, leegte, gebrek aan intimiteit met God.

 

Ga eens een maaltijd organiseren waarbij je anderen uitnodigt. Denk hierbij aan mensen die eenzaam zijn, mensen die niet veel geld hebben, of juist mensen die gebukt gaan onder de stress van het leven, zoals vluchtelingen, daklozen, die oude mevrouw die je altijd aankijkt van achter haar gordijnen of juist je medestudenten of je collega’s die heel hard moeten werken.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email