Handelingen 1:9-14
Door dingen die ik in mijn jeugd meegemaakt heb, heb ik mezelf aangeleerd om heel erg toekomstgericht te zijn. Het verleden was pijnlijk, in de actuele situatie voelde ik me vaak onveilig, maar over de toekomst kon ik in ieder geval dromen.
Ondertussen heb ik geleerd dat ik aan het verleden niets kan veranderen, dat ik grote dromen kan hebben en enigszins kan beïnvloeden maar dat God uiteindelijk verantwoordelijk is voor de uitkomst. Ik besef me terdege dat ik geroepen ben om NU te leven en NU het leven te omarmen.
Vanaf het moment dat ik die keuze ben gaan maken zie ik zoveel mensen die, net zoals de discipelen, verlamd staan te wachten op het kruispunt tussen de pijn van gisteren en het verlangen naar morgen.
Heel veel mensen in de kerk gebruiken het verleden en de toekomst als excuus om niet de verantwoording te nemen voor vandaag.
‘De kerk is nog niet klaar om de straat op te gaan, want we zijn zelf nog zo gebroken!’
Laat me je dit vertellen: blijf niet hangen in het verleden want er is geen betere heelmeester dan een gebroken heelmeester!
‘Het maakt niet uit wat we doen, want als de Heer terugkomt dan zal dit alles toch ophouden te bestaan. Laten we toch vooral studie gaan doen over de eindtijd.’
Laat me je dit vertellen: er is niets mis met studie te doen over de eindtijd, maar als Jezus morgen terugkomt dan moeten we vandaag toch zo goed mogelijk benutten?
De engelen zeiden tegen de discipelen en daarmee misschien ook vandaag wel tegen ons: ‘Joh, stop eens met staren naar de sterren in de lucht, het is tijd om de wereld om je heen wat lichter te maken!’
Luister het lied van Damascus en vraag daarna aan de Heer wat ervoor zorgt dat jij je soms zo verlamt kunt voelen om dat te doen waarvoor je geroepen bent.
Houd een ‘dankdag’, dat wil zeggen dat je deze dag wijdt aan het danken voor alles wat je ontvangen hebt.